It’s not much: two moving lines bouncing over a block. But in 1972 it was pong The game that put video games on the map. Fifty years later, computers and games are becoming more and more sophisticated.
Pong was niet de eerste video game. Die eer is aan Tennis for Twoin tennis since 1958. Maar met Pong had gamebedrijf Atari wel voor het eerst een wereldwijde hit op dit gebied te pakken.
Het spel is een versimpelde versie van tafeltennis. Twee spelers besturen een streep en proberen een vierkantje naar de overkant te kaatsen. Spelers scoren een punt als de ander het vierkantje niet weet te raken.
Nolan Bushnell Bedacht Pong en gaf programmer Allan Alcorn de opdracht om het uit te werken. Volgens Alcorn was het bedoeld als oefening om met de technologie te leren omgaan. “He was he he simpelste spel wat hij kon bedenken”, zei Alcorn tegen IEEE Spectrum.
Pong was in het begin alleen te spelen op een arcademachine. He eerste prototype bezweek zo snel onder het aantal muntjes van belangstellenden, dat Atari snel tienduizenden arcadekasten met Pong over de Verenigde Staten verspreidde. Eigenaren van arcadehallen ruilden hun flipperkasten in voor een Pong-computer of andere videogames.
Magnavox win from wedstrijd, Atari de oorlog
Magnavox zag het succes van Atari met lede ogen aan. Het bedrijf bracht als eerste een spelcomputer uit die thuis aan een televisie kon worden gekoppeld: de Odyssey. Daarop stond een tafeltennisgame die verdacht veel leek op het later verschenen Pong. In 1974 klaagde Magnavox Atari daarom aan voor kopieergedrag. Atari schikte die zaak uitein delijk voor 1,5 miljoen dollar.
Maar Atari kwam, ondanks het betalen van de schikking, als winnaar uit de bus. Het bedrijf bracht een eigen spelcomputer uit: de Atari 2600. Het apparaat van Magnavox werd wereldwijd 350,000keer verkocht, Atari ging daar met 30 miljoen stuks ruimschoots overheen.
The Atari 2600 works with wide cassettes. Mensen konden dus spellen spelen die niet van tevoren waren geïnstalleerd, en games als Pong, Pac-Man of Breakout afwisselen. Een bezoek aan de arcade werd daardoor overbodig.
“Professional web ninja. Certified gamer. Avid zombie geek. Hipster-friendly baconaholic.”